Een beetje onderhoud is wel zo prettig

zondag 21 februari 2010

Vanochtend was het weer zo ver, wel wat nevelig nadat de mist was opgetrokken, maar het was droog. Dik aangekleed want de mist was aangevroren, dus de bivakmuts en de thermo sokken uit de la gevist. Als echte voetbalsupporters stapte we op de fiets, alleen de honkbalknuppel ontbrak. Tegen ons potloodventende Michelin mannetje hadden we voor de koffie gezegd dat hij kon uittrekken wat hij wilde, maar dat we niet zouden wachten als we weg gingen. Dit ter harte genomen zat hij met een zichtbaar oplopende lichaamstemperatuur te genieten van zijn bakje koffie.

Al gauw ging de discussie over het schoonmaken van de fiets. Daarover staan de meningen lijnrecht tegenover elkaar. Kort samengevat de mensen die zuinig zijn op hun spullen en de viezeriken. Zo maak ik direct nadat ik gedoucht heb mijn fiets schoon en zet hem weg. Anderen zetten hem weg en kijken er pas naar als de ketting niet meer rond gaat, het zand ophoopt in de derailleur of de achteras niet meer vrij loopt. In die gevallen wordt er ook nog niets schoon gemaakt, vervolgens wordt eerst een bus siliconenspray in de modderkoek gespoten. Dan moet het weer gaan voor een week of wat.

De non-schoonmakers herken je vrij eenvoudig aan de technische bijgeluiden die de fiets maakt, meestal krassende, schurende of piepende geluiden. Er zijn al veelvuldig beargumenteerd waarom je beter eerst je fiets schoon kunt maken en hem dan weg zetten. Zo was een naar onze mening sterk argument dat je je ondergoed ook niet eerst vuil in de kast legt en dan pas als je het weer aan wil trekken kijkt of er nog wat aan moet gebeuren. Zo kun je het rijtje aanvullen met de vaat. Niet doortrekken, pas als de volgende naar de toilet moet enzovoort.

Maar goed al onze inspanningen ten spijt blijven er mensen waar het kwartje nog steeds niet wil of is gevallen. Mijn fietsenmaker merkte op dat hij tegen een van mijn collega webloggers had gezegd dat hij de fiets niet in elkaar had gelast om alle vuiligheid er op te verzamelen. Mogelijk is deze collega op weg om ook een fervent niet schoonmaker te worden. Dat het loont om af en toe naar je fiets te kijken bleek vanochtend weer eens al te duidelijk.

De weg was vochtig van de mist en de neerslag van de afgelopen tijd. Dan is de kans op lekke banden groter. Een steentje plakt aan je band, en iedere keer dat je er overheen rijdt dringt hij dieper en dieper de band in, tot hij er door zit. Duidelijk zal zijn dat hoe nieuwer de band, hoe dikker het profiel, dus hoe langer het duurt voor hij er door gaat. Nu hebben we al veel gezien zoals dat op sommige plekken het canvas er door kwam. Nu echter was de band zo ver uitgedroogd dat het  rubber profiel op meerdere  plekken er af was gevallen.

Wij maar wachten, terwijl we het met de minuut kouder kregen. Vervolgens komt de cruciale vraag: Wie heeft er een vouwbandje. Mopperend geeft iemand zijn vouwbandje af waar hij pas nog vanuit zijn werk voor is omgereden om dat te kopen. Degene met de lekke band vraagt hoeveel die band kost. Dat merk je vanzelf als je een nieuwe voor me koopt, en die volgende week aan mij geeft. En zo zal het gaan gebeuren of hij moet de band terug geven. Steenkoud vertrekken we een klein kwartiertje later weer. Dus zo blijkt maar weer: Het is dus niet zo dat niemand er last van heeft als je op een vuile slecht onderhouden fiets rijdt. Dus wie de schoen past trekken hem aan en aan de slag van de week.     

Read more...

Het duurt maar en het duurt maar...

zondag 14 februari 2010

Andere jaren lette ik niet zo op de winterperiode. Ik keek uit naar de wintersport en dat er hier zo af en toe sneeuw lag was je al snel weer vergeten. Eerst op de ski's en daarna was het direct lente. Maar dit jaar is het anders... Of zou dat komen omdat je als fietser wat meer reikhalzend naar het beter weer uitkijkt? Weer die lekkere buitenlucht langs je gezicht en net geschoren benen, genietend van al het ontluikend groen... Dat duurt dus nog wel even, schat ik zo in. En ook de weersvoorspellers -of zijn het glazen bollenkijkers- verwachten nog veel wits.

Dan zit er niets anders op dan of een weekje naar Mallorca te gaan of gewoon op de Tacx. Gek toch, een aantal maanden geleden had ik nog nooit gehoord van de Tacx, behoudens die engelse term zonder c voor zuur verdiend geld dat je weer moet afgeven, voordat je er ook maar iets mee hebt kunnen doen. En nu zit ik om de dag op dat ding, of beter gezegd op mijn fiets, die in dat ding staat. Voor de reeds beloofde "fotoreportage", zie de bijgaande foto's. Dat apparaat heb ik wel zo op gesteld dat het uitzicht goed is: een mooie witte wereld. Maar zoals mijn opa al zei: "uitzicht went en op den duur verveelt het zelfs....".

Wat doe je dan zo op een druilerige zondagmiddag als die op Valentijnsdag? Ik heb al jaren geleden gezegd dat ik het een uit Amerika overgewaaid commercieel verschijnsel vind, waar ik niet aan mee doe. Marjan is het daar gelukkig mee eens..... Dus gewoon 2 uur op de Tacx en daarna lekker Studio Sport kijken, waar natuurlijk weer geen reet aan was. PSV wint weer eens onverdiend en mijn clubje Feyenoord bakt er voor de zoveelste keer weer niets van: een bloedeloze 0-0 tegen notabene Utrecht. Hoe diep kan je vallen...?

Nee dan Vancouver: de sneeuw wordt aangevoerd per helicopter op Cypres Mountain en in Whistler is het te warm voor de afdaling heren en rijden ze op de fiets in korte broek door de hoofdstraat. Maar van de biathlon sprint voor zowel de dames als de heren heb ik weer genoten. Wat een mooie sport is dat. Als er hier meer sneeuw(?) zou liggen, was dat mijn sport geweest.

Met het binnen halen van de sponsors gaat het goed, zo heb ik de indruk. We zijn er nog lang niet, maar de teller gaat gestaag omhoog.

En voor de zuiderlingen: alaaf!

Marco.

Read more...

Eindelijk weer “gaan als de brandweer”

zondag 7 februari 2010

Eindelijk, een legendarische dag zondag 7 februari 2010, heb ik voor het eerst dit jaar gefietst met mijn vaste clubje. Helemaal droog was het niet, er viel hele fijne sneeuw. Maar het vroor niet dus het bleef niet liggen. Gekscherend werd begonnen met de beste wensen en tijdens de koffie stond de gastheer het resterende deel van zijn voor die dag uitgezochte garderobe aan te trekken.

In stukjes van vorig jaar heb ik wel eens uitgelegd dat ik qua gedachten, meningen en redenaties vrij goed aansluit bij Leen. Een half woord is genoeg om op één lijn te komen. Terwijl de gastheer zijn zoveelste lange broek aan stond te trekken informeerde ik of er nog wat bij hem in de kast lag. Vervolgens merkte Leen op dat je meer last hebt van de kou als je ouder wordt. Ja, gaf ik aan eerst de gevoeligheid voor kou en dan plasproblemen.

Hoewel ik pas nog heb gelezen dat de kledingfabrikanten uitgaan van het drielagen principe werd dat aantal door de gastheer ruim overschreden. Voor degene die het interesseert wil ik het even toelichten. Die drie lagen zijn een vochtdoorlatend thermoshirt, een shirt met lange mouwen en een winddicht jack. Als je pas begint, en het is erg koud kun je ook een skipullover aan doen.

Onze koffieschenkende collega was druk in de weer met thermo ondergoed en lange broeken met galgen, thermo shirts en wielrenshirts in de juiste volgorde. Allemaal goed spul volgens de uitvoerende van de omgekeerde striptease. Zeer zorgvuldig gingen over het volgende thermo shirt de galgen van de broek. Het was net een Michelin mannetje toen alles was aangetrokken. Klaar voor het vertrek, toen hij anderhalf keer zo dik was vroeg Leen of hij niets vergeten was en of hij volgende week misschien nog wat wilde lenen.

Lach maar, was de opmerking. Kom op, doorfietsen oude man was het antwoord daarop. Daar gingen we op pad, eindelijk weer eens. Het leek zo vertrouwd, de winden van Leen die bruine bonen op had en het gerochel en de snotneuzen van John die met de nodige stuurmanskunst ontweken konden worden.

Onze thermofetisjist draaide netjes mee op kop en nam af een toe een slokje uit zijn bidon, want koude is erg, maar uitdrogen helemaal. Nu zweet je met kou wel een beetje, maar dat staat in geen verhouding tot de zomer. Ons Michelin mannetje ging steeds harder fietsen en dat tempo probeerden wij gestaag te volgen. Omdat het toch fors boven zijn normale inspanningsniveau lag vroegen wij naar de dieper liggende oorzaak. Hij gaf aan dat hij ongelooflijk moest plassen.

Even terugkoppelend naar het gesprek bij de koffie werd wederom naar de leeftijd gerefereerd, eerst koud en dan plasproblemen, en die waren er wel degelijk. In de zomer sla je de pijp van je korte broek om en gaat dat wel. Hoewel ik al veel mensen sterke verhalen heb horen vertellen, heb ik nog nooit iemand gehoord die dat met een lange broek is gelukt. Daar komt bij dat het formaat door de koude noordenwind gereduceerd kan zijn tot ”met moeite hanteerbaar”.

Uiteindelijk net over de helft van het rondje, in de bossen van Rockanje, stond het water van de fietscollega tot ruim over datgene wat met moeite hanteerbaar was. Er moest dus maar gestopt worden. Plagend gaven wij aan dat we wel langzaam door zouden rijden. Dat was geen goed plan, maar wij wisten natuurlijk ook wel dat er een groot deel van wat hij aan had uit moest. Nu is het in het bos van Rockanje erg rustig, los van wat kolossale villa’s. Ons Michelin mannetje zocht een boom met een tak waar hij zijn garderobe aan op kon hangen.

Vervolgens ging hij zich laag voor laag afpellen. Halverwege toen hij in een witte lange onderbroek stond, stond opeens een van de vrouwelijke bewoners voor het raam. Hoewel er enige afstand was, kon zij de witte lange onderbroek niet missen. Nog even zoeken naar iets wat vast te pakken was en de hoge nood werd geledigd. Geen acht meer slaand op de vrouw die weer was verdwenen. Na de plas werd alles weer met een ijzige precisie ingepakt. Mopperend vroegen we om een beetje tempo, maar toen schoot het lot ons te hulp. Dezelfde vrouw stond voor het raam met een man en ze wees in de richting van onze zeikerd.

Voorzichtig probeerden wij de pijnlijke situatie wat te doorbreken. Ik merkte op dat de bewoonster aan haar man had verteld dat ze nog nooit iemand met zo’n kleintje had gezien. Dat was het vast niet merkte de dader op, terwijl hij in ijltempo alles weer aan trok. Doe maar rustig aan hoor, merkte Leen nog op maar voor we het wisten zat hij op de fiets. Zie je dat het wel snel kan, was het laatste wat er over gezegd werd. En nu maar wachten op het regionale krantje waar de politieberichten in staan. Zo zie je maar, dat je niet altijd de publiciteit op hoeft te zoeken, soms komt het vanzelf aanwaaien. Misschien is binnendruppelen een betere term.

Read more...

Back to TOP